PRE Groep5: Difference between revisions
Line 99: | Line 99: | ||
[[Mailcorrespondentie]] omtrent de voorwaardelijke GO, de aanpassingen van het plan, en de eerste feedback op deze aanpassingen. | [[Mailcorrespondentie]] omtrent de voorwaardelijke GO, de aanpassingen van het plan, en de eerste feedback op deze aanpassingen. | ||
[[Response op mailcorrespondentie]] " " | |||
= [[Planning Groep 5]] = | = [[Planning Groep 5]] = |
Revision as of 08:00, 17 September 2014
Leden
- Marco Boers -- 0814665 -- Electrical Engineering
- Frank van Heeswijk -- 0772418 -- Software Science
- Job Nijenhuis -- 0816699 -- Electrical Engineering
- Daniël Pijnenborg -- 0821586 -- Electrical Engineering
- Simon de Vegt -- 0815466 -- Electrical Engineering
Onderwerp: Sociale interactie tussen mens en robot
Onderzoek: Testen hoe robots van verschillende vormen en met verschillende communicatie mogelijkheden worden geaccepteerd in deze maatschappij en daarbij kijken welke communicatiemiddelen en uiterlijkheden worden geprefereerd.
Realisatie: We bouwen twee robots, één met een menselijk uiterlijk (een pop of iets dergelijks) en één kubusvormige robot. Beide robots krijgen lampjes en een speaker mee voor communicatie en een knop waarmee de mate van interactie kan worden vastgelegd. Door voor beide robots alle mogelijkheden te proberen in een druk bezocht gebied hopen we een goed beeld te krijgen van welke robot de meeste aandacht krijgt en wat de beste manier is om communicatie tussen mens en robot te regelen (visueel of auditief).
Onderzoeksvraag: Hoe wordt de interactie tussen mens en robot beïnvloed door fysieke aspecten? (uiterlijk of communicatiemiddel)
Hypothese: Wij denken dat verschillende groepen mensen verschillend reageren op verschillende robots, bijvoorbeeld:
- Ouderen: Zijn geneigd tot een meer realistische robot waarmee ze kunnen communiceren alsof het een levend organisme betreft.
- Tieners: Zijn meer geneigd tot een functioneel robot waarmee ze zich kunnen onderscheiden van hun leeftijdsgenoten.
- Adolescenten: Zijn in de fase gekomen dat ze de ontwikkelingen niet zo snel meer kunnen bijhouden en hebben dus vooral baat bij een overzichtelijk en functioneel type robot.
- Kinderen: Zij zijn geneigd tot een robot waarbij ze zoveel mogelijk prikkels en beloningen krijgen.
Brainstorm
Daniël: ik denk dat we moeten kijken hoe bedrijven de acceptatie van hun robot kunnen verhogen door het uiterlijk aan te passen.
we moeten dan per doelgroep een gewenst uiterlijk zoeken. dit kunnen we dan doen door meerdere robots te maken met verschillende uiterlijke kenmerken en dan te kijken hoe de doelgroep hierop reageert.
We moeten dan kiezen voor een robot die al op de doelgroep gericht is en hiermee varieren, ik denk dat het teveel werk is om dit voor alle vier de doelgroepen te doen. We zouden er dan een of twee moeten kiezen.
Simon: Ik had vanmiddag bedacht dat we het ook kunnen zoeken in de richting van hoe gaat onze toekomstige robotbuddy eruit zien, gaan we meer in de richting van wearables zoals de Apple Watch, of gaan we meer richting robotbuddies of zelfs robotslaven (Hubots).
Oke ook dit wat uitgebreider:
Doel: Meer in de richting van Acceptatie door Integratie zoeken, hoe kun je bij wijze van spreke een robot in een groep gooien zonder dat deze groep erdoor verstoord wordt? Met andere woorden, wat is er voor nodig om een robot ongestoord te laten werken in de 'normale' wereld. Hoe willen wij dat een personal assistant eruit gaat zien, denken wij aan een wearable, of meer aan een buddy, of denken wij aan een chip geintegreerd in ons hoofd of meer aan en softwarematige assistent draaiende op een smartphone.
Uitvoering: Ik blijf erbij dat werken met verschillende types robots toch wel de kern van ons idee was en dat we dat moeten behouden, wat voor robots het worden is dan nog even de vraag, het kunnen ook wearables zijn, drones, of elk ander type, niet perse zelf te bouwen maar dit kan ook visueel materiaal betreffen.
Resultaat: Kenmerken die bepaalde groepen mensen op prijs stellen aan een robot, dit kan worden gebruikt in verder onderzoek of commerciele producten.
Job:: Er is een paar mogelijkheden.
Allereerst, hoe we in mijn ogen ons huidige plan grotendeels voort kunnen zetten:
- Doel: Makkelijkere/vloeiendere acceptatie/integratie van robots in de samenleving, gespecificeerd op basis van verschillende leeftijdsgroepen, aan de hand van de vorm en het uiterlijk.
- Uitvoering: Twee verschillende robots designen, eentje op basis van wat we verwachten dat de voorkeur heeft voor kinderen en ouderen/bejaarden (vriendelijk, intuitief, 'gezellig' en prikkelend) en eentje voor de tieners/adolescenten (functioneel, 'nieuwerwets', hip). Daarnaast ook een uitgebreide vragenlijst met vragen als waarom de tester niet voor een bepaalde robot koos, en waarom juist wel voor de andere (of waarom voor geen van beiden).
- Resultaat: Een lijst met criteria aan de hand van een viertal leeftijdsgroepen, welke bedrijven kunnen gebruiken om hun design op aan te passen zodat er een makkelijkere en vloeiendere acceptatie van hun product volgt.
Daarnaast kunnen we het ook (gedeeltelijk) over een andere boeg gooien. We kunnen in het kader van acceptatie van machines ook kiezen voor:
- Autonome auto's
- Machines in het ziekenhuis (denk aan Da Vinci Robot, opereren op afstand, etc)
Of het helemaal over een andere boeg gooien, en onderzoek gaan doen naar bijvoorbeeld:
- Machines in het ziekenhuis, en dan niet de acceptatie van deze machines, maar specifieker juist wat deze machines voor voor- en nadelen met zich meebrengen (denk aan het ontbreken van feedback van de operatiekamer naar de arts die op afstand opereert).
- Ofzo
Marco:: Er is nog maar zeer beperkt informatie beschikbaar over hoe uiterlijke kenmerken invloed hebben op de acceptatie van een robot binnen hun persoonlijke leefomgeving. Ik denk dat we wel zeer specifiek ons op een robot moeten richten en niet op een nutteloos voorwerp. Misschien dat we dus ontwerpen moeten maken en deze aan mensen gaan voorleggen en er vragen over stellen, en trends binnen doelgroepen onderzoeken.
Frank:: Ik ben niet echt verdergekomen met brainstormen over ons huidige onderwerp, het is lastig om een passend doel te vinden bij een implementatie met relatief weinig beschikbare tijd, je kunt geen uiterlijke kenmerken van een robot die een noemenswaardige taak voltooid, zomaar aanpassen.
Ik had nog wel een alternatief idee: Onderzoek doen naar de gevaren voor delivery drones. Momenteel worden er erg veel onderzoeken gedaan naar hoe drones een gevaar kunnen vormen voor mensen, echter worden de delivery drones ook blootgesteld aan allerlei gevaren, mensen kunnen deze drones proberen te saboteren met voorwerpen (misschien door een hele sterke magneet te bestellen?), maar ze kunnen natuurlijk ook uit de lucht gehaald worden, of misschien wel gehackt worden.
Literatuur
Marco: Het beeld dat mensen hebben van robots wordt grotendeels gevormd door wat mensen zien op bijvoorbeeld televisie en in nieuws te denken aan films zoals Star Wars en The Terminator, of in nieuws over ruimte verkenning of het vervangen van arbeiders door robots. Deze hebben invloed op met welk perspectief mensen naar robots kijken en hoe ze deze accepteren. Voor ouderen geldt vaak dat de robot op een speelsere manier is ontworpen, hierbij te denken aan Paro de zeehondrobot om ouderen gezelschap te houden. Dan hebben we nog Hug welke een knuffel kan doorgeven van bijvoorbeeld opa naar kleinkind en andersom. Of AIBO, een robothond welke heeft laten zien dat het communicatie tussen demente ouderen verbeterd en eenzaamheid vermindert. [1][2]
Bij ouderen liggen bij de acceptatie en integratie van zorgrobots een aantal kenmerken centraal bij hun houding tegenover robots. Aspecten die belangrijk zijn, zijn gebruiksvriendelijkheid en gebruikersgemak. Het bevorderd de acceptatie wanneer de robot nuttig is in plaats van opdringerig. [3]
Updates
Mailcorrespondentie omtrent de voorwaardelijke GO, de aanpassingen van het plan, en de eerste feedback op deze aanpassingen. Response op mailcorrespondentie " "
Planning Groep 5
- Week 1| Communicatievormen en fysieke vormen van de robots bepalen
- Week 2| Robots bouwen
- Week 3| Onderzoeksplan formuleren, eventueel beginnen met testen
- Week 4| Testen, eventueel doorontwikkelen
- Week 5| Gevonden resultaten extra uitwerken, en conclusies aan verbinden
- Week 6| Buffer