Frank blinde mensen: Difference between revisions
No edit summary |
No edit summary |
||
(One intermediate revision by the same user not shown) | |||
Line 3: | Line 3: | ||
In de Frequently Asked Questions sectie over blinde mensen van het Amerikaansee National Federation of the Blind[https://nfb.org/frequently-asked-questions] wordt uitgelegd dat blinde mensen overal braille labels op plakken om spullen te herkennen. Veel blinden gebruiken de hulp van mensen met zicht om die labels te plakken en om nieuwe taken te leren als het strikken van een stropdas. | In de Frequently Asked Questions sectie over blinde mensen van het Amerikaansee National Federation of the Blind[https://nfb.org/frequently-asked-questions] wordt uitgelegd dat blinde mensen overal braille labels op plakken om spullen te herkennen. Veel blinden gebruiken de hulp van mensen met zicht om die labels te plakken en om nieuwe taken te leren als het strikken van een stropdas. | ||
Williams, Hurst en Kane deden door middel van 30 interviews kwalitatief onderzoek naar de navigatiehulpbehoeften van blinden en slechtzienden. | Williams, Hurst en Kane deden door middel van 30 interviews kwalitatief onderzoek naar de navigatiehulpbehoeften van blinden en slechtzienden. Ze zetten een aantal verschillende gebruikers- en omgevingstypen uiteen met elk andere behoeften. De ondervraagden maakten naast 'low-tech' steun als blindenstok en blindengeleidehond regelmatig gebruik van apps op hun smartphone. Deze werden gebruikt voor reisplanning, het herkennen van relevante locaties en routebegeleiding onderweg. De meeste exemplaren uit de laatstgenoemde categorie werken niet binnen. Er bestaan services die bijvoorbeeld sensoren in gebouwen plaatsen, maar deze zijn niet universeel gedragen genoeg om een goede oplossing te kunnen bieden. Veel hulpmiddelen worden uiteindelijk niet meer gebruikt omdat ze niet genoeg rekening houden met de gebruiker, het apparaat het niet goed doet of omdat de behoeften van de gebruiker veranderden. | ||
Extra hulp naast de stok of hond werd vooral nodig bevonden door mensen die later blind zijn geworden en minder training hebben gehad. Belangrijk is dat een hulpmiddel de gebruiker zo min mogelijk lastig valt en niet in het vaarwater van andere hulp komt, het moet iets nieuws bieden. Veel mensen gebruikten een smartphone met verschillende, losse apps. Het switchen tussen apps was soms vervelend, maar dat werd voor lief genomen vanwege de kostenbesparing van het niet hoeven aanschaffen van een extra apparaat. GPS werd als handig bevonden, maar niet accuraat genoeg. Ook zijn veel campussen en winkelcentra niet in detail beschreven op navigatieapplicaties. Stokgebruikers hebben soms moeite met het detecteren van obstakels op ooghoogte. Ondervraagden gaven aan liever niet aan passanten om hulp te vragen en waren ook niet gerust op het blootstellen van dure technologieën in het openbaar. | |||
Ze beschrijven uiteindelijk enkele dimensies in de gebruiker en omgeving die de hulpbehoefte beïnvloeden: ''Exploration Attitude, Asking for Help, Technology Reliance, Mobility Aid, Terrain, Familiarity, Weather, Crowd Density, Transportation'' en ''GPS Availability''. | |||
Williams, M.A., Hurst, A., Kane, S.K. 2013. “Pray Before You Step Out”: Describing Personal and Situational Blind Navigation Behaviors. ''Proceedings of the 15th International ACM SIGACCESS Conference on Computers and Accessibility, ASSETS 2013'' (Bellevue, WA; United States, October 2013), 1-8. | Williams, M.A., Hurst, A., Kane, S.K. 2013. “Pray Before You Step Out”: Describing Personal and Situational Blind Navigation Behaviors. ''Proceedings of the 15th International ACM SIGACCESS Conference on Computers and Accessibility, ASSETS 2013'' (Bellevue, WA; United States, October 2013), 1-8. |
Latest revision as of 21:03, 12 September 2015
Om een technische steun voor blinden of slechtzienden te ontwerpen, moet een ontwerper iets van de doelgroep weten. Twee vragen liggen voor de hand: waar hebben mensen in de doelgroep behoefte aan en waar hebben ze moeite mee in het dagelijks leven? Wij vonden in de literatuur het volgende.
In de Frequently Asked Questions sectie over blinde mensen van het Amerikaansee National Federation of the Blind[1] wordt uitgelegd dat blinde mensen overal braille labels op plakken om spullen te herkennen. Veel blinden gebruiken de hulp van mensen met zicht om die labels te plakken en om nieuwe taken te leren als het strikken van een stropdas.
Williams, Hurst en Kane deden door middel van 30 interviews kwalitatief onderzoek naar de navigatiehulpbehoeften van blinden en slechtzienden. Ze zetten een aantal verschillende gebruikers- en omgevingstypen uiteen met elk andere behoeften. De ondervraagden maakten naast 'low-tech' steun als blindenstok en blindengeleidehond regelmatig gebruik van apps op hun smartphone. Deze werden gebruikt voor reisplanning, het herkennen van relevante locaties en routebegeleiding onderweg. De meeste exemplaren uit de laatstgenoemde categorie werken niet binnen. Er bestaan services die bijvoorbeeld sensoren in gebouwen plaatsen, maar deze zijn niet universeel gedragen genoeg om een goede oplossing te kunnen bieden. Veel hulpmiddelen worden uiteindelijk niet meer gebruikt omdat ze niet genoeg rekening houden met de gebruiker, het apparaat het niet goed doet of omdat de behoeften van de gebruiker veranderden.
Extra hulp naast de stok of hond werd vooral nodig bevonden door mensen die later blind zijn geworden en minder training hebben gehad. Belangrijk is dat een hulpmiddel de gebruiker zo min mogelijk lastig valt en niet in het vaarwater van andere hulp komt, het moet iets nieuws bieden. Veel mensen gebruikten een smartphone met verschillende, losse apps. Het switchen tussen apps was soms vervelend, maar dat werd voor lief genomen vanwege de kostenbesparing van het niet hoeven aanschaffen van een extra apparaat. GPS werd als handig bevonden, maar niet accuraat genoeg. Ook zijn veel campussen en winkelcentra niet in detail beschreven op navigatieapplicaties. Stokgebruikers hebben soms moeite met het detecteren van obstakels op ooghoogte. Ondervraagden gaven aan liever niet aan passanten om hulp te vragen en waren ook niet gerust op het blootstellen van dure technologieën in het openbaar.
Ze beschrijven uiteindelijk enkele dimensies in de gebruiker en omgeving die de hulpbehoefte beïnvloeden: Exploration Attitude, Asking for Help, Technology Reliance, Mobility Aid, Terrain, Familiarity, Weather, Crowd Density, Transportation en GPS Availability.
Williams, M.A., Hurst, A., Kane, S.K. 2013. “Pray Before You Step Out”: Describing Personal and Situational Blind Navigation Behaviors. Proceedings of the 15th International ACM SIGACCESS Conference on Computers and Accessibility, ASSETS 2013 (Bellevue, WA; United States, October 2013), 1-8.